Irene’s allereerste ‘bewijs’ van bestaan

Irene was nog maar een paar weken bij Tante in Den Bosch toen ze met een longontsteking en 41 graden koorts werd opgenomen in het ziekenhuis. Daar werd ze tot tweemaal toe bediend. Acht maanden lag ze in een ziekenhuisbed, vermoedelijk vanaf februari 1946.
Het oudste ‘document’ dat we hebben gevonden in haar nagelaten correspondentie is een briefkaart van haar ‘bedvriendinnetje Letty van der Aa’ met daarop een postzegel van anderhalve cent, afgestempeld in Helvoirt op 9 augustus 1946, geadresseerd aan ‘de jonge dame Irene Bouvrie’, zaal 164 in het Groot Ziekengasthuis in Den Bosch.

Oudste kaartje dat Irene in Nederland ontving, van Letty van der Aa

Haar herinnering aan een logeerpartijtje bij het gezin van Letty dat omstreeks 1947 moet hebben plaatsgevonden, beschreef Irene vele jaren later in dit verhaal. We hadden het al diverse keren gelezen en toch was een cruciale aanwijzing daarin ons ontgaan.

Lees ook