‘Wat mama niet vertellen kon’ beschrijft de boeiende speurtocht naar een verborgen identiteit

 

Haar naam heeft ze zelf bedacht, waar ze vandaan komt, is onduidelijk, haar ouders zijn onbekend en ook over haar geboortedatum bestaan twijfels: haar hele leven lang houdt Irene, de moeder van Cyrilla van der Donk, de waarheid over haar identiteit geheim. De oorlogsjaren moeten haar een immens trauma hebben bezorgd en de muur die ze daaromheen heeft gebouwd is zo dik dat ze zelfs op haar sterfbed haar identiteit weigert te onthullen.

 

Vijf jaar na de dood van haar moeder besluit Cyrilla om uit te zoeken wie zij nou eigenlijk was en daarbij zoekt ze de hulp van haar vriend, schrijver Marcel Maassen. De manier waarop ze te werk gaan, de volharding waarmee ze het doolhof van verhalen ontrafelen en elke snipper informatie najagen, dwingt respect af. In oorlogsarchieven mogen dan miljoenen documenten bewaard zijn gebleven, vindt maar eens aanwijzingen als de basis van je zoektocht zo wankel is.

Via een oude oproep in een politieblad, de hulp van verre familie, dna-onderzoek en het napluizen van duizenden scans komen ze een heel eind. En achterhalen ze uiteindelijk waarom Irene haar leven lang de waarheid over haar achtergrond verzweeg en verdraaide. ‘Dit is mijn verleden en niet het jouwe’, zei ze ooit tegen haar dochter. Dankzij Wat mama niet vertellen kon is dat verleden nu ook van de lezer. Die wordt onthaald op een boeiende en vaardig beschreven speurtocht die, door voortdurende verwijzingen naar de Europese (oorlogs)geschiedenis, het niveau van een particulier verhaal ontstijgt.